woensdag 17 juni 2015

Reality: de oude olmenbomen


1987. De familieleden stelden vast dat er een heleboel olmenbomen droog geworden zijn. Vijf bomen waren afgezaagd en verdwenen. Een heel diep karrespoor door het gras. Het familiedomein werd eens in de zoveel maanden geobserveerd naar goedbeheer. Aangezien de winterperiode viel het nog niet zo sterk op. Maar het ging over een groot aantal dikke oude olmenbomen door de voorouders geplant. Twee dikke bomen waren reeds ontdaan van het gras rondom de boomstam. De eerste gedachte van de familie ging uit naar de jachtpachter. Een man met een zwaar verleden die zich bekeerd had in de maatschappij?

Doordat twee bomen klaar stonden om afgezaagd te worden nam één familielid  de taak op zich om ’s nachts met de fiets aan het einde van de straat te rijden. In een oude vervallen boerderij ging het familielid observeren. Er heerste een zware storm. De wind kletterde door de vervallen boerderij. Water sijpelde binnen terwijl het familielid de wacht hield. WIE ging er met zo’n zware storm de straat op? Niemand toch?
Het familielid stond in verbinding met een walkie talkie op het thuisfront.
-“Alles in orde daar?”
-“Ik zit hier goed, alles onder controle.”

Ineens kwamen er andere stemmen op de walkie talkie.
-“Victor C come in. We zijn er bijna.”
Stapvoets reed de politiecombi van de Rijkswacht door de straat. Het familielid had de combi ook zien rijden. Heel heel traag.
Rond twee uur ’s nachts rijdt een oude vadertje met zijn fiets door de zware storm in regen en wind in de straat. Vechtend tegen de zware wind en een zwaar touw op het stuur van zijn fiets zoekt hij licht in de huizen. Was er nog iemand wakker? Hij reed maar doorheen de straten. Heen en weer. Heen en weer. Het familielid kon de keren niet meer tellen. Ineens week het vadertje met zijn fiets uit. Ter hoogte van de hoge haag rond de vervallen boerderij was de fiets op de straat gevallen. Het familielid had die speciaal in de haag geduwd om also wanneer nodig direct op de fiets te stappen om weg te kunnen vluchten. Het oude mannetje fietste niet meer door de straten. Het familielid ging kijken naar de haag, pakte de fiets en reed huiswaarts.

De volgende dag werd de informatie gecommuniceerd naar de andere familieleden.  Verder opzoekwerk resulteerde dat de oude vader veel hout had en samen met een bakkerswerknemer ’s nachts brood bakte en overdag thuis verkochte.  Dat was een aardig centje bijverdiend.
Zo gingen enkele familieleden naar de oude man.
-“Man, we zitten met een probleem. Ons hout die onze voorvaderen gepland hadden werd gestolen. We hebben dit gemeld aan de politie maar we denken dat U de beste persoon bent die mee kan observeren. We rekenen op U !”

Sindsdien is er geen één enkele olmenboom meer verdwenen. De oude man is ondertussen gestorven. Maar de bakkerswerknemer kijkt met dwingende blik naar de familie. Hij is kort na het oude-vader-bezoek  verhuisd. Nog steeds voelt de familie de haatdragende bakkerswerknemer.
Maxiem Weber

Geen opmerkingen:

Een reactie posten